Spelregels Boerengolf Hedel
Hoe speel je Boerengolf?
Op de baan spelen twee groepen tegen elkaar van max. 5 personen per groep. Groep 1 slaat de bal vanaf het afslag punt en vervolgens groep 2. De bal die dan het verst van de put verwijderd is, is vervolgens aan slag. De bal mag altijd een clublengte verplaatst worden, maar nooit zo dat de bal dichter bij de put komt. De twee groepen lopen zo gezamenlijk de holes, gedurende de hele duur van het spel. Binnen een groep slaat men om de beurt.
Een hole is gemaakt als de bal in de emmer is geslagen. Vervolgens haal je de bal uit de emmer en legt hem 4 meter in de richting van de volgende hole en begint weer te slaan. Zo loop je de hele baan. Op het wedstrijdformulier worden de namen van de groepsleden, ter linker zijde ingevuld. Bij de nummers 1 t/m 10 worden het aantal slagen bijgehouden, per hole, middels turven. De groep met het minste aantal slagen heeft gewonnen.
Hoe zet je de baan uit? Een boerengolfbaan bestaat in de regel uit 8-10 holes met een lengte van gemiddeld meer dan 200 meter per hole. Een hole bestaat uit een afslagpunt en het eindpunt, ‘de put’, een emmer ingegraven met een genummerde vlag erbij. De put is het begin voor de volgende hole.